Duifje, mijn duifje,
wat wil je nog meer

door | 15 maart 2019 | GaandeweG, Verhalen Gaandeweggers | 0 Reacties

Duifje, mijn duifje, wat wil je nog meer?

 

Ik kwam in een klein kamertje in een bejaardenhuis. 3 vrouwen keken me aan. Ze zaten op kleine, ongemakkelijke stoeltjes waar ik er één van aangeboden kreeg. Hun moeder was overleden en moest worden begraven.
Moeder lag op bed in dat kamertje, ingevallen, vermagerd en 103 jaar oud.

 

Bij het bespreken van de uitvaart bleek al snel dat de stoeltjes niet alleen ongemakkelijk waren, maar ook symbool stonden voor de verhoudingen tussen deze dames. Het kwam op mij over alsof ze op aarde waren om elkaar dwars te zitten. ‘Ze zijn geschokt omdat hun moeder dood is’, dacht ik eerst nog. Het venijn naar elkaar, het elkaar afvallen en afkraken bleef boven andere zaken uitstijgen. Gematigde scheldwoorden zette dit regelmatig kracht bij.

‘Zo zou moeder het gehad willen hebben’, was soms een reddende zin. En met ‘Bij vader is het ook zo gegaan’, kwam er langzaam vorm in de uitvaart.

 

Familievetes, langlopend zwijgen, onuitgesproken ellende; ik kan het niet oplossen of veranderen. Er is 1 gezamenlijke lijn; moeder (in dit geval). Daar probeer ik langs te lopen in mijn begeleiding. Ik erken dat er onenigheid is en spreek dat vaak ook uit. Dat lucht meestal op. Ik vertel ook dat men het niet bij alles eens hoeft te worden.  Kijk wat voor jou het belangrijkste is, probeer dat te realiseren.

 

De drie zussen hadden nog een laatste hobbel te nemen toen de jongste vroeg of ik twee duiven bij het graf kon organiseren. ‘Belachelijk, sentimenteel gedoe, echt weer iets voor jou om dat te verzinnen’, was de reactie. Deze jongste zus had nog weinig plaats gekregen in het proces en daarom besloot ik om haar een beetje te steunen. ‘Ik kan zorgen dat er 2 duiven zijn. Als iedereen het graf heeft verlaten zou jij kunnen blijven om alsnog jouw ritueel met deze duiven te doen’. Daar konden de zussen niets tegen in brengen.

 

Op het moment zelf stonden ze alle drie, nog steeds met een meter afstand van elkaar, huilend de wegvliegende duiven na te staren.