Opleiding tot Uitvaartbegeleider

Bij Gaandeweg vinden we ‘werk- of denkniveau’ uitgedrukt in diploma’s weinig zeggend.

Voor het vak van uitvaartbegeleider is het van groot belang dat je begeleider wilt zijn (i.p.v. overnemer!), organisatietalent hebt, oog voor detail bezit, een luisterend oor hebt en durft door te vragen. Bovenal is het nodig dat jij in liefde kunt zijn en écht contact kunt maken. Hier zijn geen diploma’s in te halen (gelukkig). Jij kent jezelf het beste en weet dus of jij bovenstaande te bieden hebt.

Als je je niet voorbereid sluit je minder makkelijk aan op de bijeenkomst, dan haal je niet het maximale eruit voor jezelf.

Uitvaartbegeleider is een -vrij beroep-. Dat houdt in dat iedereen zelf vorm mag geven aan dit vak. Geen enkele opleiding in uitvaartland is daarom erkend door de overheid, het ministerie van onderwijs of iets anders.

Toch wordt bij sollicitaties een genoten opleiding wel hoog gewaardeerd in de uitvaartwereld. Dat geeft namelijk aan dat je het vak serieus neemt, jij je hebt laten voeden en inspireren om goed geoutilleerd op de markt te verschijnen én dat jij weet hebt van alle ins & outs voor dit werk.

• Het onderwerp is precair. Weinig naasten zitten te wachten op ‘pottenkijkers’. Afscheid nemen gaat gepaard met veel en verschillende emoties en gevoeligheden. Veel naasten willen dat meestal niet met de buitenwereld delen, soms kan de uitvaartbegeleider al te veel zijn.
• Het werkt is intensief. Een stagiaire mee hebben in dit vak is een zware belasting voor de uitvaartbegeleider. Zij/hij zal zijn/haar werk doen en daarna alles met de stagiaire het nog eens ‘dunnetjes overdoen’ door uit te leggen wat en waarom en wanneer gezegd of gedaan is.
• Geen uitvaart is hetzelfde. Dit werk is geen techniek of werkmethode die je over kunt nemen. Het heeft veel meer te maken met aanvoelen, afstemmen en intunen. Bij de ene familie (mens) is een andere ‘aanpak’ nodig dan bij de volgende.
• De uitvaartwereld zit niet op stagiaires te wachten. Er bestaat van oudsher niet de cultuur waarin ‘we’ het belangrijk achten om onze eigen collega’s op te leiden, waarmee ‘we’ ons vak op een bepaald niveau houden. Naast cultuur komt dit ook door een groot concurrentiegevoel die nog steeds heerst in uitvaartland.

Als jij behoefte hebt aan meelopen/meekijken dan zoek en vind je daarvoor je eigen plek en vorm. Wij gaan uit van je eigen kracht.

Ons advies: Laat een meeloopperiode langer zijn dan een weekje ‘meekijken’, want daar leer je het vak niet van! Meelopen heeft zin als het -meekijken- langzaam over gaat in –meedoen- naar uiteindelijk -zelf doen- gaat.

We schatten in (en horen terug van deelnemers) dat je best wel een dagdeel mag uittrekken voor elke opdracht.

Je bereid je als het ware voor op de aankomende lesdag. Alles wat jezelf ontdekt beklijft eerder, je systeem opent zich om makkelijk te ontvangen en jouw ‘archief’ reserveert alvast een plek op dit onderdeel.

Je doet deze opdrachten voor jezelf. Lesdag 5 is de enige keer dat we wel vragen om het huiswerk in te leveren; een rouwkaart maken. Je krijgt feedback op jouw ontwerp.

Ja, dat kan gebeuren. We nemen aan dat je gemotiveerd bent en er alles aan doet om bij alle tien lessen aanwezig te zijn.

Toch hebben we (gelukkig) niet alles in de hand. Het leven komt zoals het komt en daartoe mogen we ons verhouden.

Meestal is er bij de opleiding tot Uitvaartbegeleider een parallelgroep. Als je van tevoren al weet dat je een bepaalde lesdag niet aanwezig kan zijn, kun je die les met de andere lesgroep volgen. Soms is dit ook mogelijk bij ‘onverwachte situaties’ op jouw thuisfront of op je werk.

Soms lukt het niet. Jammer en niet onoverkomelijk. We sturen je het lesmateriaal per email toe, zodat je verder ‘meekunt’. Je kunt met groepsgenoten bij praten over je gemiste les. En als je nog vragen hebt kun je bij de docent terecht.

Inhalen in een volgende lescyclus is, gezien de vertrouwelijkheid binnen een groep, niet mogelijk met uitzondering van les 2 en 8 (praktijk lesdagen).

Gezien onze visie op het vak en de persoonlijke benadering van deelnemers, kiest Gaandeweg er bewust voor dat lessen niet online (zoom of teams) gevolgd kunnen worden.

Onze groepen hebben een maximale bezetting van 15 deelnemers. Dit is passend in het lokaal en een mooie hoeveelheid om interactief bezig te kunnen zijn op een lesdag en inspirerend voor elke deelnemer.

Met bovengenoemde argumenten is gekozen om de minimale bezetting van een groep minstens 8 personen te laten zijn.

Bij minder aanmeldingen gaat de groep niet door. Dit hebben we nog nooit bij de hand gehad, gelukkig!

Natuurlijk kan dat. Je kunt het bedrag in meerdere termijnen betalen. Die keuze is aan jou; of je betaald in één keer of in 5 termijnen.

Als jij iets anders nodig hebt gaan we met elkaar in gesprek.